Verder

Overstappen met bepakte fietsen is een crime, en op het treinstation van Zwolle kijk ik daarbij niet goed uit. Ik struikel over een haastige reiziger die perse de trein wil halen. Al rennend roept hij nog een verontschuldiging, maar dat kan mijn val niet keren. De linkerwijsvinger raakt als eerste de tegels en vangt krakend mijn gewicht op. Ik verrek van de pijn. Dubbel vervelend want mijn beroep is gitarist.
Mijn zoon kijkt beteuterd toe. Over twee maanden zal er een grote verandering komen in zijn tienjarige bestaan als enig kind. Wij zijn met zijn tweeën onderweg naar Friesland voor een korte fietsvakantie, voor even weg van ons zwangere thuis.
Die vinger voelt niet goed, rijp voor een eerste-hulppost, maar we hebben zo naar deze tocht uitgekeken. Bij de stationsdrogist halen we rekverband tegen de zwelling en ik moffel er een doosje ibuprofen bij. Een trein later vervolgen we onze reis. Met veel pillen en een kloppende wijsvinger zing ik onze fietsvakantie uit in die laatste zoele dagen van de zomervakantie van 2014.

Deze ochtend, vijftien maanden later. In Arnhem rijd ik een rotonde op en zie de jongen op de scooter niet aankomen. Ik hoor een doffe klap, zie de scooter wegglijden en de jongen vallen en opspringen. Atletisch en vol adrenaline. Ik wil mijn auto aan de kant zetten om de weg vrij te maken. ‘Nee nee nee, jij gaat niet doorrijden!’, schreeuwt hij, heftig zwaaiend met zijn wijsvinger. Omstanders weten hem te kalmeren. Op de stoep praten we bij en wisselen onze gegevens uit. Hem mankeert niets, de scooter heeft vooral lakschade. Nu zie ik hoe jong hij is, hoe kwetsbaar. Een geschrokken jongen. ’Sorry dat ik zo tegen u uitviel’, zegt hij. Nee, ik hoef hem niet naar school te brengen, een fijne dag nog.
Mijn mond is droog en mijn hart klopt in mijn keel. Er is een deel van mij dat terug naar huis wil. Een ander deel wil verder naar mijn bestemming, als een mier die niet anders kan. Weifelend rijd ik verder naar mijn eerste afspraak bij een volgende handtherapeut. Al 15 maanden heb ik niet kunnen optreden na die andere val, maar deze vrouw gaat mijn hand weer heel maken. Ik ga daar in geloven. En maar goed uitkijken op deze miezerige, bijna zoele herfstdag.

Huissen, 12 november 2015

Een gedachte over “Verder

Plaats een reactie